In het kader van deze hervorming werden verschillende maatregelen genomen met betrekking tot de registratierechten :
1. Verkopen van onroerende goederen
Er werd een belastingaftrek van 20.000 € voorzien in geval van aankoop van een goed bestemd voor huisvesting met de bedoeling er zijn hoofdverblijfplaats te vestigen.
Concreet leidt deze belastingaftrek tot een belastingbesparing van 2.500€ (12.5% x 20.000€) voor de aankoop van een gebouw voor huisvesting, terwijl de registratierechten voordien integraal verschuldigd waren.
De bedoeling van de Regering is de toegang tot de eerste eigendom voor Waalse gezinnen te vergemakkelijken door de belastbare grondslag die gebruikt wordt voor de berekening van de registratierechten te verlagen. Deze maatregel zou de vastgoedmarkt in Wallonië opnieuw op gang moeten trekken door de toegangskost tot de aankoopmarkt te verlagen.
Echter, ook al moeten we de maatregel gunstig onthalen omdat ze mogelijks meer personen toegang biedt tot vastgoed in Wallonië, moeten we deze bewering toch nuanceren:
-
- De belastingaftrek is onderworpen aan strikte toepassingsvoorwaarden (indienen van een aanvraag, enig vastgoed, hoofdverblijfplaats in het gebouw);
- Een belastingaftrek van 20.000 € geeft slechts een besparing van 2.500 € tegen 21.875 € in Brussel, waar de aftrek 175.000€ bedraagt (12.5% x 175.000 €). Deze maatregel zorgt dus niet voor “een aanzienlijke daling van de belastbare grondslag” die gebruikt wordt voor de berekening van de registratierechten zoals bepaald in het Ontwerp van decreet.
2. Afschaffing van het tarief van 15 % in geval van aankoop van een derde gebouw
Artikel 44bis van het W.Reg. voorziet een belasting van 15% in geval van aankoop van een derde gebouw bestemd voor huisvesting. Dat tarief is een rem gebleken op de investering in onroerend goed en een obstakel voor het onroerend spaarwezen. Het tarief van 15% zal dus afgeschaft worden (terugkeer naar het tarief van 12.5%).
3. Verkopen « op lijfrente »
Artikel 44 van het W.Reg. voorziet voortaan een afzonderlijk tarief van 6% aan registratierechten voor de verkopen op lijfrente (tegen 12.5% op vandaag).
4. Vermindering van het tarief van toepassing op roerende schenkingen « aan andere personen »
Op vandaag zijn de roerende schenkingen onderworpen aan een tarief van 3.3 % in rechte lijn, tussen echtgenoten en tussen wettelijk samenwonenden, aan een tarief van 5.5% tussen broers en zussen, tussen ooms en tantes en neven en nichten ; aan een tarief van 7.7 % aan andere personen.
Dit tarief van 7.7 % zal geschrapt worden. Voortaan zullen enkel twee tarieven van toepassing zijn : dat van 3.3% in rechte lijn, tussen echtgenoten en tussen wettelijk samenwonenden en dat aan een tarief van 5.5% tussen alle andere personen.
Door een positie in te nemen met een tarief dat lager is dan het tarief dat in de andere gewesten wordt toegepast (7% in Brussel en in Vlaanderen) heeft het Waals Gewest als doel de overdracht van roerend actief op het niveau van het gewest gemakkelijker te maken en te repatriëren.
Het decreet zal van kracht worden op 1 januari 2018.